Degenen die een handicap hebben of een chronische ziekte, kunnen rekenen op steun van de Nederlandse overheid. Zij ontvangen een bijdrage in de zorgkosten. Tenminste, dat was eerder zo. De Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten werd vroeger ook wel de Wtcg genoemd. Deze bijdrage ontving men een jaar later. De hoogte van deze bijdrage was altijd mede afhankelijk van de leeftijd. Zo moest men aan criteria voldoen. Criteria waren o.a. het krijgen van thuiszorg of bepaalde medicatie. In 2014 vond de allerlaatste uitbetaling van de Wtcg plaats. De Wtcg maakte sindsdien plaats voor ondersteuning vanuit de gemeente. Deze ondersteunt mensen via de Wmo en in sommige gevallen via de bijzondere bijstand.
Wat is de Wmo?
De Wmo is de Wet maatschappelijke ondersteuning. Deze is in 2007 in werking getreden. Het Wmo is in het kort te omschrijven als ‘meedoen’. Deze wet is ingesteld en heeft als doel om te zorgen dat mensen zo lang mogelijk hun zelfstandigheid behouden en kunnen participeren in de samenleving. Daarbij is het nevendoel om te zorgen dat familie, vrienden, kennissen en buren helpen met de ondersteuning bij dagelijkse taken. Lukt dat niet? Dan moet de gemeente zorgen voor de ondersteuning. Zij draagt zorg voor de ondersteuning van o.a. vrijwilligers. De Wmo zorgt er tevens voor dat er eventueel hulp is bij het huishouden en is tevens vraagbaak voor mantelzorgers en vrijwilligers. De Wmo is in plaats gekomen van de Wtcg.
Wat het Wmo zoal regelt
Gemeenten weten doorgaans het beste wat bewoners nodig hebben. Zij zijn daar beter van op de hoogte dan de landelijke overheid. De Wmo is daarom ook een belangrijke orgaan van elke gemeente. Samen met de inwoners werken ze aan plannen om het leven van de bewoners zo aangenaam mogelijk te maken. Daar hoor maatschappelijke ondersteuning bij. Iedere burger wil de gemeente daarom stimuleren om zich in te zetten voor de samenleving. Overigens kunnen mensen die langdurig ziek zijn of gehandicapt nog altijd rekenen op een bijdrage voor zorg via de AWBZ.